Heb je wel eens in de meterkast gekeken en jezelf verbaast over al die verschillende componenten? Misschien zaten ze er al in toen je er kwam wonen en vraag je je af waar ze allemaal voor dienen. Een aantal van deze componenten lijkt qua uiterlijk erg op elkaar, maar verschillen toch van functie. Wij leggen je uit wat het verschil is tussen een installatieautomaat, aardlekschakelaar, en een aardlekautomaat. Het zijn drie belangrijke componenten om te hebben, dus lees snel verder!
Wat zijn componenten?
Voor we je uitleg geven over de verschillende componenten, leggen we je uit wat het nou is. Je kunt componenten zien als de basis van elektronische apparaten. Je vindt ze in je meterkast en zorgen voor bescherming tegen eventuele gevaren als kortsluiting of overbelasting. Door elektronische apparaten op componenten aan te sluiten, kun je ze met een gerust hart gebruiken.
Installatieautomaat
Ten eerste, is er de installatieautomaat. Ook wel een ‘automaat’ of ‘groep’ genoemd. Deze is ontworpen om elektrische circuits te beschermen tegen overbelasting en kortsluiting. Wanneer kortsluiting plaatsvindt, zorgt dit apparaat ervoor dat de omloop van de elektriciteit wordt onderbroken. Alles wat op de installatieautomaat is aangesloten, zal dan uitvallen en beveiligd worden. Bij het aansluiten van apparaten op een groep is het belangrijk om te weten dat apparaten die meer dan 2000W gebruiken, aangesloten worden op een eigen groep.
Aardlekschakelaar
Daarnaast heb je de aardlekschakelaar. Het heeft een soortgelijke werking als de installatieautomaat, maar toch een andere functie. Deze schakelaar houdt de stroom die binnenkomt en de stroom die weer terugkeert in de gaten. Als er een verschil aanwezig is, kan dat wijzen op een lekstroom. De aardlekschakelaar onderbreekt dan gelijk de stroomtoevoer. Goed om te weten is dat dit een van de belangrijkste componenten is om te hebben en verplicht in een meterkast met installatieautomaten.
Aardlekautomaat
Naast de installatieautomaat en de aardlekschakelaar heb je een combinatie van de twee: de aardlekautomaat. Het biedt dus bescherming tegen lekstromen, overbelasting, en kortsluiting. Normaal sluit je een installatieautomaat aan op een aardlekschakelaar. Aangezien de aardlekautomaat de krachten combineert, hoeft deze nergens aan worden aangesloten. Dit apparaat is vooral handig om ruimte te besparen in je groepenkast. Zodat je andere apparaten individueel kunt zekeren.
Zoals je ziet, lijken deze drie componenten erg op elkaar. Onthoudt dat een installatieautomaat beschermt tegen overbelasting en kortsluiting en dat de aardlekschakelaar let op lekstromen. De aardlekautomaat combineert deze twee. Zorg ervoor dat deze componenten aanwezig zijn in je meterkast. Zo bescherm je jezelf, je familie en je huis!